
Verzetsvrouw
Koerierster
Lees verder
Bron: Cock Karssen Koeriersters van illegale waar De meeste verzetsmensen waar over gesproken wordt, waren mannen. Er waren echter ook in Bodegraven verschillende vrouwen die een belangrijke rol in het verzetswerk hebben gespeeld. Zo speelden de dames Tiny van der Poll, Nel Bruinen en Eddy van Leeuwen een rol bij de distributie van de illegale krant. Eddy van Leeuwen was afkomstig uit een familie die diverse verzetsmensen leverde. Zijzelf was nog jong, leerlinge van het Christelijk Lyceum. Op school begon zij foto’s van de koninklijke familie, die bij de boeken- annex fotozaak Karssen werden afgedrukt, te verspreiden. Al snel werd zij ook ingeschakeld bij de verspreiding van de illegale Kroniek. Via een jeugdgroep in Alphen werd dit koerierswerk steeds verder uitgebreid, tot uiteindelijk ook het vervoer van wapens. Ook Leny Spijker begon met het verspreiden van illegaal nieuws. Later werd ze gevraagd om ook eens een pakje weg te brengen. Omdat het voor jonge mannen gevaarlijk was geworden om zich op straat te begeven, in verband met razzia’s, ging de ondergrondse steeds meer een beroep doen op jonge vrouwen. Leny schreef daar zelf het volgende over: “Een paar maanden voor de bevrijding was ik op weg met enkele pakjes in de pijpen van mijn trainingsbroek. Na zo’n 12 kilometer te hebben gefietst, op mijn fiets met houten banden, stond een Duitse controlepost bij een rivierovergang. Niemand mocht naar de overkant, maar omdat ik waarschijnlijk erg benauwd keek omdat ik nu ver om zou moeten rijden, mocht ik van één van de soldaten mee naar de overkant met hun roeiboot. Ik was doodsbang en durfde niet met hen te praten. Met een lief lachje bedankte ik hen, enkele kilometers verder kon ik toen mijn pakjes veilig afleveren…” Een andere koerierster was Joukje Smits, die lerares was aan de Nijverheidsschool in Bodegraven. Zij was erg koelbloedig en durfde heel gevaarlijke transporten aan. Omdat dit werk zo belangrijk werd, was het niet meer met haar schoolbaan te combineren. Eerst nam zij ‘ziekteverlof’. Daarna verzon de KnokPloeg een list. Ze lieten haar ‘arresteren’ door een zogenaamde Duitse ploeg van de Sicherheitsdienst. Zij kon zich daarna helemaal aan het vervoer wijden. In een verpleegstersuniform wist zij duizenden bonkaarten, valse persoonsbewijzen, valse Ausweise, zegeltjes voor de persoonsbewijzen en wapens te vervoeren. Onder de schuilnaam Clara heeft zij zo gewerkt tot juni 1944. Toen werd ze verraden en liep zij in de val op een adres in Amsterdam. Zij wist haar aantekenboekje met namen en adressen op te eten voor het ontdekt werd, zodat er geen andere mensen in gevaar kwamen. Na stevige verhoren werd zij naar concentratiekamp Vught gebracht. Daarna werd zij in een goederentrein naar Ravensbruck vervoerd. Nog later kwam ze in een munitiefabriek terecht waar zij uiteindelijk de bevrijding beleefde. |